Een openbare bibliotheek is een pakhuis vol boeken. Tenminste, dat denken veel mensen nog steeds. Maar de bibliotheek heeft de sprong in de 21ste eeuw gemaakt. Ze verschaft toegang tot de nieuwe media en is misschien wel de betrouwbaarste wegwijzer in de enorme informatiechaos die ons overspoelt. Een bezoek aan bibliotheek de Witte Dame in Eindhoven.
Als kind kwam ik vaak in de dorpsbibliotheek, een vrijstaand gebouwtje naast de ingang van het kerkhof. Ik denk dat het vroeger een dodenhuisje was. In de vijfde klas van de lagere school had ik de kinderboeken uit. Gelukkig was de bibliothecaresse een joviale boerendochter en mocht ik beginnen aan de schappen tienerboeken. Met rode oortjes las ik over kalverliefdes en ander fraais.
Mijn tweede bibliotheek lag in de stad tegen de kathedraal aangekropen. Als middelbare scholier zat ik er middag na middag aan mijn literatuurlijsten te werken. Het rook er naar boenwas en boeken, de stilte was oud en gewijd.
Vele bibliotheken volgden, eerbiedwaardige en moderne, openbare en specialistische. Sommige verafschuwde ik, zoals de grote universiteitsbibliotheken, waar je alleen maar de catalogi in kon zien. Vervolgens werden de boeken op aanvraag uit het magazijn gehaald. Hoe wist je nu of je een boek wilde lezen als je het niet had gezien, geroken en doorgebladerd? Er viel niets meer te snuffelen.
De afgelopen twee decennia ging het bergafwaarts met de openbare bibliotheken. In hun budget werd flink gesneden, hun personeel vergrijsde en hun imago verstofte. Ze kwamen onder de Welzijnswet en werden vooral een instelling voor de kansarmen. In de bibliotheek kwam je alleen als je geen geld had om zelf boeken te kopen. Voor de nieuwste Mak of de laatste Mulisch ving je er altijd bot, en wat lazen al die drukbezette moderne volwassenen anders nog dan boeken uit de toptien. Nee, om bij te blijven had je niets aan de bibliotheek. Sterker nog, met een bibliotheekpas werd je niet graag gezien, want dan had je het niet ver geschopt.
Tja, ze herinneren het zich nog goed bij de openbare bibliotheek in Eindhoven. Tot 1998 was de bibliotheek weggestopt in winkelcentrum de Piazza, ingesloten door de commercie. Symbolischer kon het niet, zo was het dus met de vrije informatie en cultuur gesteld. Het was een volgestouwd boekenpakhuis, bij binnenkomst liep je tegen een muur van boeken op, vertelt Jos Geevers, coördinator strategie en beleid van de Eindhovense bibliotheek. De inlichtingenbalie was achterin, ‘zodat de mensen hun vraag alweer vergeten waren als ze de balie bereikt hadden. We hadden twee computers’, grijnst Geevers. ‘Ik eentje en mijn collega eentje, voor bezoekers was er niets.’
En dan was er nog de komst van het world wide web. Aanvankelijk legden de bibliotheken het hoofd moedeloos in de schoot. Hoe konden ze ooit met die wereldwijde grabbelton aan informatie en infotainment concurreren?
Wie de bibliotheek jaren links heeft laten liggen, kijkt nu bij een bezoek zijn ogen uit. Bibliotheken zijn opgeleefd, ze hebben de grote sprong voorwaarts gemaakt. In Eindhoven is de hoofdvestiging sinds vier jaar gevestigd in de Witte Dame, een oude gloeilampenfabriek midden in het centrum. Het is een rank en licht betonnen gebouw. Bijna had Philips het afgebroken, maar enkele kunstenaars wisten dat op het nippertje te voorkomen. Nu heeft de Witte Dame een nobele nieuwe bestemming gekregen, ze is een laagdrempelig centrum van kennis en cultuur. Bij binnenkomst stuit je meteen op de Vidiwall, een grote wand met daarop een computerscherm geprojecteerd. Ervoor staan een soort paddestoelen met knoppen op de hoed om de Vidiwall te bedienen. De wand maakt de bezoeker wegwijs in de bibliotheek en laat zien wat er in Eindhoven te doen is.
Vanuit de hal loop je door enkele toegangspoortjes meteen de voormalige fabriekshal in. De ruwbetonnen pilaren zijn wit geverfd, over het vier meter hoge plafond lopen aluminium buizen voor de ventilatie. De hal is ingericht als informatieplein. In het midden staat een grote ronde balie. Bibliothecaresse Roosmarie Stoop zegt: ‘Sommige mensen vonden de Piazza knusser, maar er was niets moois aan. Ook vragen ze ons waarom de pilaren niet netjes gestuct zijn. Dat is omdat de Witte Dame industrieel erfgoed is. Soms vertellen mensen dat ze vroeger in deze hal gewerkt hebben. Dat is leuk.’ Rondom haar scharrelen bezoekers. Ze zoeken iets op, snuffelen, zitten te lezen, te surfen, maken aantekeningen. Hier ligt de wereld van vandaag voor het grijpen: infotafels met zoekschermen, kranten en tijdschriften, het Info-Point Europa, gemeente- en overheidsinformatie, gezondheidsinformatie, consumenteninformatie, een kast van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Mijn poging om de bezoekers in vakjes onder te brengen mislukt. Ze komen uit alle windstreken, tijden en klassen.
‘Ik heb wel het idee dat de nieuwe bibliotheek oudere mensen een beetje afschrikt’, zegt Roosmarie Stoop. Catalogusbakken zijn er niet meer. ‘Mensen moeten óf een toetsenbord bedienen óf ons om hulp vragen. Oudere mensen zijn heel voorzichtig met spullen. Kinderen niet, die zijn heel brutaal en vrij, dat mogen ze ook van hun ouders.’ Hands on, ofwel al doende, jezelf leren de computer te bedienen, dat durven veel ouderen niet. Toevallig zag ik dat net zelf bij de Vidiwall: een bejaarde man met een geruite pet stond voor zo’n paddestoel en zei gelaten tegen zijn vrouw: ‘Ik weet niet hoe het werkt.’ Naast hem kwam een schoolmeisje met vlechten aangerend, ze begon meteen op alle knoppen te rammelen. Om mensen op weg te helpen met de computer geven de meeste openbare bibliotheken introductiemiddagen of cursussen.
Wiet Regout staat over een infotafel met zoekscherm gebogen, grijs bebaard, bril aan een koordje. Hij is door een workshop van de bibliotheek snel thuisgeraakt op internet. Hoe vaak hij op de bibliotheek komt? ‘Te vaak’, zegt hij. ‘Ik ben verslaafd aan kranten. Ik kopieer er allerlei artikelen uit, over oost-westverhoudingen, Europa.’ Eigenlijk is hij een gesjeesde jurist, zegt hij, zijn geld verdiende hij met vertalen. ‘Ik heb in mijn leven veel te veel boeken gekocht, mijn flat staat vol, de berging ook, ik weet niet waar ik ze moet laten.’ Als hij langs de boekhandel kom, moet hij zichzelf vermanend toespreken: ‘Blijf in godsnaam buiten.’ In de bibliotheek kan zijn passie weinig kwaad.
Inderdaad, waarom zou je een boek dat je één keer wilt lezen ook moeten hébben. Dat wordt een dure grap. Bovendien heeft de bibliotheek veel meer keuze; in de boekhandel zijn de meeste boektitels twee jaar na verschijnen alweer verdwenen. En wie bijvoorbeeld Vestdijk wil lezen, vindt zelfs in de best geoutilleerde boekhandel hooguit een paar titels. In de bibliotheek staat zijn oeuvre zo goed als volledig.
Dagelijks trekt de Witte Dame bijna tweeduizend bezoekers, nog afgezien van de elf filialen verspreid over de stad. ‘Dat is meer dan PSV, ook als ze in de Champions League zitten’, zegt Jos Geevers. In andere steden is dat niet anders. De openbare bibliotheken in Amsterdam trekken jaarlijks 3,5 miljoen bezoekers en daarmee zijn ze de drukstbezochte culturele instelling van de hoofdstad.
De bibliotheken hebben allang niet meer alleen boeken in huis. Ze zijn multimediaal geworden. Zo heeft de Witte Dame de uitgebreidste muziekafdeling van Zuid-Nederland, met 30.000 cd’s en 30.000 uitgaven met bladmuziek. Ook de collectie aan video’s en dvd’s is aanzienlijk. Verder zijn er langs de ramen en tussen de boeken overal internetwerkplekken ingericht. Vijftig in totaal, met tekstverwerking en printmogelijkheden gratis voor leden, één uur per dag. Het is een enorm succes. Een negerjongetje tuurt geconcentreerd naar het scherm, twee meisjes met hoofddoekjes kijken giechelend op de site van de Turkse versie van Big Brother. De internetplekken worden voor de helft gebruikt door allochtone jongeren, met de meisjes voorop. Voor hen is de bibliotheek vaak de enige openbare plek waar zij zonder toezicht heen mogen.
Op de romanafdeling staan naast de ramen enkele tafels met een bordje ‘Anders lezen punt’. Op de tafels zijn leesloepen en voorleesapparatuur opgesteld. De kasten ernaast staan vol grote-letterboeken, gesproken boeken, kranten en tijdschriften. Wie een visuele handicap heeft, kan hier zijn lezershart ophalen.
De bibliotheek is een plek geworden waar wat te beleven valt. Het is een misverstand, schreef Umberto Eco in zijn boekje De bibliotheek (1981) dat mensen naar de bibliotheek gaan om een boek te halen waarvan ze de titel kennen. ‘Niets is onthullender en spannender dan in boekenkasten te neuzen die misschien alle boeken over een zeker onderwerp herbergen, wat je in een catalogus op auteur nooit zou ontdekken, en naast het boek dat je zocht een ander boek te vinden dat je niet zocht, maar dat essentieel blijkt. De ideale bibliotheek is dus een soort stalletje van een bouquiniste, een plek waar je trouvailles doet, en die functie is alleen mogelijk door vrije toegang tot de rijen boekenkasten.’
Wat is een bibliotheek? Een bewaarplaats voor boeken, cd’s, dvd’s? Mis, zegt Jos Geevers. ‘Je kunt wel veel aanbod hebben, maar aanbod is niks. Je moet doelgroepen hebben, daarvoor selecteer je, schaf je aan, ontsluit je, en die ondersteun je. Pas dan ontstaat informatie en vandaaruit wijsheid. Mag je hopen.’ Alles draait om het begrip toegang. Maar toegang is niet meer alleen fysiek, zoals Eco nog dacht. Digitaal hoogstandje is AquaBrowser, een associatief zoeksysteem. In zijn hoge witte kamer laat Jos Geevers zien hoe dat werkt. ‘Mensen komen niet om iets te zoeken, maar om iets te vinden. Het probleem is dat je nooit naar iets zoekt waarvan je niet weet dat het bestaat. AquaBrowser legt verbanden die mensen in hun hoofd ook zouden kunnen maken. Je komt binnen met een vraag over voetbal en binnen de kortste keren ben je bij een vraag over de Oranjes. Mensen spelen met dat zoeksysteem, het stimuleert de verbeelding, en het ontsluit delen van de collectie die anders ongebruikt zouden blijven.’ Ook de landelijke virtuele bibliotheek begint binnenkort met AquaBrowser. ‘Door internet hebben we een schop onder onze kont gekregen’, zegt Henk van Doremalen, hoofd informatiecentrum van de Witte Dame. Naast de fysieke bibliotheek is geleidelijk de virtuele bibliotheek uitgegroeid tot een volwaardige tweelingzus. De meeste bibliotheken beschikken al over enkele waardevolle databestanden. Grootste succes is de Krantenbank: via enkele speciale pc’s zijn op de bibliotheek grote delen van NRC Handelsblad, Trouw, de Volkskrant, Algemeen Dagblad en Het Parool in te zien. Ook vanuit huis kan er steeds meer. ‘Als je je leden kunt identificeren terwijl ze thuis achter de computer contact met de bibliotheek maken, dan kun je ze ook op afstand laten betalen voor de databestanden waarvan ze gebruik maken’, zegt Geevers. ‘En dan kun je dus een enorme hoop informatie inkopen en ontsluiten.’ Dat is zeer nabije toekomstmuziek en het zal ook de mensen met drukke banen en ouderen weer naar de bibliotheek lokken, in eerste instantie naar de virtuele. Die trend zet nu al in. Jonge mensen weten al wat er te halen is, die denken niet aan de bibliotheeek als een stoffig instituut.
Alweer, het gaat om toegang van zo veel mogelijk burgers tot zoveel mogelijk kennis en cultuur. Dat is wat bibliotheken van oudsher doen: ze schiften en zeven en selecteren uit de berg aan informatie en desinformatie. En dat is ook wat ze met de gigantische grabbelton internet doen. ‘Belangrijk is dat onze informatievoorziening betrouwbaar en onafhankelijk is’, zegt Geevers, ‘dat is onze kracht.’ Daarmee kan de bibliotheek zich ook onderscheiden van commerciële informatieaanbieders. Van Doremalen: ‘Ik zeg altijd: ik heb een goed beroep. Het gaat om de zelfredzaamheid van mensen. Ik probeer niemand iets aan te smeren.’
Umberto Eco zou tevreden zijn. In De bibliotheek citeert hij de UNESCO: ‘De bibliotheek moet toegankelijk zijn en haar deuren moeten wijd openstaan voor alle leden van de gemeenschap die er vrij gebruik van kunnen maken zonder onderscheid naar ras, huidskleur, nationaliteit, leeftijd, geslacht, godsdienst, taal, sociale status en cultureel niveau’. Ademloos zet Eco daarachter: ‘Een revolutionair idee.’ Om zijn boekje te besluiten met de vraag: ‘Zal het ons lukken om die utopie tot werkelijkheid te maken?’ Het antwoord is, 21 jaar later, ongelooflijk in zijn eenvoud: het lijkt te lukken.
bibliotheek.pagina.nl
Startpagina met links naar de websites van alle Nederlandse bibliotheken. Tevens links naar vele catalogi (ook in het buitenland).
bibliotheek.nl
De virtuele openbare bibliotheek: deze site van de gezamenlijke openbare bibliotheken in Nederland biedt haar gebruikers toegang tot geselecteerde bronnen van cultuur en informatie. Bibliotheek.nl richt zich met interactieve diensten op iedereen die actief betrokken wil zijn bij de maatschappij.